De Groene Visite haalt herinneringen naar boven
Vanuit het Natuurhus in Almelo verzorgt het IVN de Groene Visite. We lopen een middag mee met vrijwilligster Toos van der Zwart bij een visite aan een woon-zorgcomplex in de buurt.
‘Het doel van de Groene Visite is om herinneringen op te wekken bij mensen met dementie in verpleeg- en verzorgingshuizen en de dagopvang’, vertelt Toos. ‘Dat doen we met behulp van verhalen en voorwerpen. Ik doe het met veel plezier, ik kom altijd vrolijk thuis. En het werkt. We krijgen altijd reacties en de mensen vinden het gewoon leuk. Het zou misschien beter zijn om het buiten te doen. Maar deze mensen kunnen vaak niet naar buiten, dus doen we het binnen.’
De Groene Visies zijn zo’n succes dat de vier vrijwilligers er samen zo’n vijftig per jaar doen, alleen of met z’n tweeën. ‘Dat is best veel met z’n vieren’, zegt Toos. ‘We zitten te springen om nieuwe vrijwilligers, want we kunnen echt versterking gebruiken!’
Tastbare spullen en groen
In de grote kelder van het Natuurhus heeft het IVN een eigen ‘hoek’. De kasten zijn gevuld met opbergboxen voor natuuractiviteiten, bijvoorbeeld voor schoolklassen. De verschillende thema’s van de Groene Visite hebben een eigen box. Vandaag is het thema ‘de boerderij’. Deze Groene Visite doet Toos samen met Ans Pinxsteren. Samen zoeken ze bij het boerderijthema twee dozen met foto’s uit en een doos met tastbare spullen. Later voegt Ans daar groen aan toe dat ze onderweg naar het verzorgingshuis heeft geplukt, zoals een tak vlier en een bosje salie.
Toos laat ook even de ‘goastok’ zien, onderwerp van een nieuw thema. Een goastok is gemaakt van een eikentak waaromheen kamperfoelie is vastgegroeid. De boer houdt een potentiële goastok die in de houtwal groeit in de gaten en stuurt de kamperfoelie bij, zodat die zich er mooi omheen wikkelt. Als de tak groot genoeg is, wordt er een wandelstok van gemaakt. De gaostok is een echt Twentse traditie en vormt een goed aanknopingspunt om herinneringen op te halen.
Stukjes vacht
In het woon-zorgcomplex aangekomen gaan we naar een zaaltje waar zich negen bewoners verzamelen, merendeels vrouwen. Als iedereen om de grote tafel zit, komt er wat te drinken en pakken Toos en Ans hun spullen uit. Ze vragen wie van de aanwezigen is opgegroeid op of bij een boerderij. Er zijn er een paar, onder wie een kwieke dame. ‘O, dus u kunt het wel zeggen als we iets fout vertellen?’, vraagt Toos. ‘Ja, dan griepen wie wel in!’ antwoordt de mevrouw gevat.
Toos en Ans laten de geplastificeerde foto’s rondgaan en vertellen aan de hand daarvan van alles over de boerderij: welke dieren er leven, wat ze eten, de gewassen die de boer verbouwt, de moestuin, hoe de boerderij eruit ziet, welke machines er worden gebruikt. Daarbij maken zij niet alleen gebruik van foto’s, maar ook van voorwerpen die je kunt voelen, ruiken, proeven en horen. Zoals klompjes, pluche boerderijdieren, stukjes echte vacht, een maiskolf en een potje met koeienvoer – via de reuk kun je immers heel goed herinneringen oproepen. De een vindt het wel lekker ruiken, de ander juist niet.
Vogelgeluiden
De reacties van de bewoners zijn verschillend. Sommigen doen actief mee, anderen zitten vooral te kijken en luisteren. Toos haalt ook de goastok tevoorschijn. ‘Spreek ik dat woord goed uit?’ vraagt ze aan de kwieke mevrouw. ‘Ja, dat kan ermee door,’ antwoordt die. ‘Hoe noemt u het dan?’ ‘Nou, goastok!’
Na drie kwartier beginnen de bewoners moe te worden en een enkeling dommelt wat in. Toos haalt een boek over vogels tevoorschijn, dat via een code ook het vogelgezang laat horen. Ze vertelt over vogels die een duidelijk herkenbaar geluid maken: leeuwerik, specht, koekoek en uil. Een mevrouw die zich tot dan toe afzijdig heeft gehouden, veert opeens op en begint te stralen als ze de vogels hoort. Dit spreekt haar duidelijk aan. Maar dan is het voor de meeste bewoners genoeg geweest. Ans sluit de middag af met een gedicht van de Twentse schrijver Willem Wilmink.
Vrijwilliger worden?
Wil je het team van de Groene Visites in Almelo komen versterken? Je kunt altijd eerst een keer meelopen om te kijken of het iets voor je is. Meer informatie vind je op de website van het IVN.